5 vragen aan onze nieuwe adjunct-directeur Stan van den Thillart
Ruim twee maanden is Stan van den Thillart nu adjunct-directeur bij Knaapen. Hiervoor werkte hij in verschillende rollen bij woningcorporatie Woonbedrijf, we kenden elkaar al goed. Samen deden we bijvoorbeeld het grootschalig onderhoud van de flat Cliostede in Woensel, en nu is hij dus onze adjunct-directeur. We stelden hem vijf vragen; over zijn eerste tijd bij Knaapen, ontwikkelingen in de branche en de toekomst van renovatie en onderhoud.
“Omdat ik aan de andere kant van de tafel gezeten heb, kan ik mijn collega’s bij Knaapen goed meenemen in de processen zoals die bij corporaties gevoerd worden. Zodat we beter de aansluiting kunnen vinden."
Knaapen is hard gegroeid de afgelopen jaren, zowel de omzet als het aantal medewerkers. Zo’n veel grotere organisatie vraagt om een andere besturing. Zo ontstond de vacature voor een adjunct-directeur. Stan is nu verantwoordelijk voor het verder professionaliseren van onze organisatie, met als doel onze groei in goede banen te leiden mét behoud van onze Knaapen-cultuur.
Hoe zou jij die Knaapen-cultuur omschrijven, zo na twee maanden hier?
“Ik kende Knaapen altijd al als super sociaal, maar wat mij nu vooral ook opvalt: het lef om dingen net wat anders te doen. Ik dacht dat dit vooral op sociaal vlak zo was, maar ook op technisch vlak gebeurt er hier heel veel. Omdat Knaapen een familiebedrijf is had ik meer terughoudendheid verwacht. Hier is het heel mooi in balans: wel altijd goed nadenken voordat je iets doet en óók continu nieuwe dingen proberen.”
“Er is veel bescheidenheid over wat er allemaal gepresteerd wordt. En dat past ook wel bij de cultuur. Het is een super dynamisch bedrijf. Dat is ook de kracht die we vast willen houden nu we groter zijn. Wel meer structuur en meer met standaarden gaan werken en tegelijkertijd ruimte blijven bieden aan creativiteit en innovatie.”
Wat is je tot nu toe het meest opgevallen?
“In mijn vorige rol bij Woonbedrijf wist ik: bij een hoge complexiteit met bewoners moet je Knaapen erbij halen. Inmiddels weet ik dat Knaapen nog veel meer is dan dat. Ook op technisch vlak zijn er veel innovaties en duurzaamheid en circulariteit krijgen veel meer aandacht dan ik had verwacht.”
Wat neem je uit je vorige rol mee in je huidige functie als adjunct-directeur?
“Corporaties hebben veel complexere besluitvormingsprocessen dan bij Knaapen. Ze hebben te maken met constant wisselende wet- en regelgeving en politieke invloeden. Ik ken en snap die struggle en weet hoe lastig het is om in die context nieuwe dingen te proberen. Ik wil graag iets betekenen in die aansluiting. Want er is op dit moment een schaarste aan mensen en materialen, prijzen zijn hoog en de woningnood is groot: we moeten echt anders gaan denken en doen, van het traditionele af."
"Het is bijvoorbeeld lastig om aan tegelzetters en stucadoors komen. Dan kunnen we allerlei wervingscampagnes opzetten, maar we kunnen ook bedenken hoe we een wand of vloer bekleden zonder stucadoors en tegelzetters. Knaapen is hier al behoorlijk ver mee, we hebben een innovatieve methode ontwikkeld om de: badkamer, keuken en toilet te renoveren. Die overigens vooral ontstaan is vanuit de behoefte het voor de bewoners beter en sneller te doen, met minder overlast. Als we aan bewoners vragen wat zij willen, traditioneel of de nieuwe oplossing, dan kiest 99% voor die nieuwe oplossing. Mensen worden er blij van. De vraag is: hoe nemen we de corporatie mee? Daar kan ik bij helpen.”
Kun je daar een voorbeeld van geven?
“Ik ben zelf verantwoordelijk geweest voor verschillende innovaties toen ik bij de corporatie werkte. Corporaties gaan niet over 1 nacht ijs, werken zorgvuldig; met prototypes, pilots en veel mensen die vanuit hun expertise advies geven. Dat proces kan bij aannemers als bureaucratisch overkomen, echter die bureaucratie wil niet zeggen dat ze het belang van innovaties niet inzien, het heeft een belangrijke functie om zorgvuldig tot de juiste besluiten te komen."
"Omdat ik aan de andere kant van de tafel heb gezeten kan ik mijn collega’s bij Knaapen goed meenemen in de processen zoals die bij corporaties gevoerd worden. Zodat we beter de aansluiting kunnen vinden. In het voorbeeld van de innovatieve methode van BKT-renovaties helpt het dat we bij een aantal corporaties de pilotfase voorbij zijn en deze manier van werken al de nieuwe standaard is. Dan kunnen corporaties die een pilot willen draaien kennis opdoen in de wijk waar we een en ander al toegepast hebben, en zelf horen van bewoners wat ze er van vinden.”
“Zo zijn we ook bezig met een duurzaam dak. Hier staan we nog aan het begin van de ontwikkeling, in de prototypefase. Dit prototype werken we nu samen met een corporatie verder uit. Samen leren en ontwikkelen. Omdat we al jaren met elkaar samenwerken is er vertrouwen en kan je dit soort dingen doen. Ik vind dat mooi.”
Hoe zie jij de toekomst van renovatie en onderhoud?
“Ik ben in twee maanden tijd wel echt anders gaan kijken. Jarenlang zette ik vanuit de corporatie werk in de markt naar onderhoudssoort. Dus een aanbesteding DO, PO of renovatie. Als ik nu nog manager vastgoed was bij een woningcorporatie, zou ik dat anders doen. Ik zie nu hoeveel energie het kost om na gunning een plan van aanpak te maken voor een renovatie, of bewoners te leren kennen. Het verzamelen van al die data kost veel tijd. Ik zou nu op wijkniveau een aannemer zoeken die alles kan doen. Die echt het verlengstuk is van de corporatie, zowel sociaal als technisch sterk, verantwoordelijk voor het totaalonderhoud in een wijk: het DO, de mutaties, verduurzaming, groot onderhoud. Ik geloof daar echt in.”